MH1 - unité 4
star
star
star
star
star
Last updated over 5 years ago
19 questions
1
l'ascenseur
l'ascenseur
1
la boucherie
la boucherie
1
beau
beau
1
traverser
traverser
1
parce que
parce que
1
de keuken
de keuken
1
het flatgebouw
het flatgebouw
1
sinds
sinds
1
tegenover
tegenover
1
de prullenbak
de prullenbak
1
Mon bureau est sous la fenêtre
Mon bureau est sous la fenêtre
1
J'aime bien le vert et le bleu
J'aime bien le vert et le bleu
1
Het spijt me, ik weet het niet
Het spijt me, ik weet het niet
1
Het is op de tweede verdieping
Het is op de tweede verdieping
1
Wij gaan
Wij gaan
1
Sophie gaat
Sophie gaat
1
Zet het bijvoeglijk naamwoord tussen haakjes in de goede vorm, schrijf heel de zin op: La porte est très (grand)
Zet het bijvoeglijk naamwoord tussen haakjes in de goede vorm, schrijf heel de zin op:
La porte est très (grand)
1
Zet het bijvoeglijk naamwoord tussen haakjes in de goede vorm, schrijf heel de zin op:La jupe de Sophie est (jaune)
Zet het bijvoeglijk naamwoord tussen haakjes in de goede vorm, schrijf heel de zin op:
La jupe de Sophie est (jaune)
1
Zet het bijvoeglijk naamwoord tussen haakjes in de goede vorm, schrijf heel de zin op:Les pantalons de mon grand-père sont (vert)
Zet het bijvoeglijk naamwoord tussen haakjes in de goede vorm, schrijf heel de zin op:
Les pantalons de mon grand-père sont (vert)