toets tekstbegrip 1VWO Op Niveau
star
star
star
star
star
Last updated over 5 years ago
10 questions
Tekst 1
Raamloos vliegtuig, prachtig uitzicht
(1) Een vliegtuig zonder ramen: je zou er meteen claustrofobisch van worden. Maar met een nieuw systeem van panoramaschermen hoeft dat niet. Het uitzicht is adembenemend!
(2) In het vliegtuig is het natuurlijk het leukst om bij een raampje te zitten, om met een beetje geluk nog iets van de aarde te kunnen zien. (zin 1) Maar het turen door een klein, beslagen raampje is binnenkort misschien verleden tijd. Tenminste, als het aan onderzoeksbureau CPI ligt. De wanden van het vliegtuig worden dan namelijk grote panoramaschermen.
(3) Met OLED-techniek, die ook al voor televisies wordt gebruikt, kan een gigantisch scherm worden gemaakt. Camera's buiten het vliegtuig tonen het real-time uitzicht door het hele vliegtuig. Een prachtige zonsondergang is zo door het hele vliegtuig te zien, net als donkere wolken op weg naar je vakantiebestemming.
(4) Wie niet zit te wachten op het uitzicht kan ook zelf een filmpje kijken op het scherm. Een ander voordeel: de nieuwe schermen zijn een stuk lichter dan de raampjes nu. (zin 2) Dat vermindert de CO2-uitstoot van de vliegtuigen. Het enige nadeel is dan ook dat we nog zeker tien jaar moeten wachten voordat de eerste panoramavliegtuigen er zijn. Maar alleen de beelden laten ons alvast wegdromen.
Bron: Door Menno Woudt, http://www.sevendays.nl/artikel/192095#.VKMUQ9wovBU.
Opdrachten bij tekst 1
1 point
1
Question 1
1.
Noteer waarnaar het woord dat in alinea 1 verwijst.
Noteer waarnaar het woord dat in alinea 1 verwijst.
1 point
1
Question 2
2.
Noteer waarnaar het woord Dat in alinea 4 verwijst.
Noteer waarnaar het woord Dat in alinea 4 verwijst.
1 point
1
Question 3
3.
Wat is het deelonderwerp van alinea 2?
Wat is het deelonderwerp van alinea 2?
1 point
1
Question 4
4.
Kies de bewering die bij de onderstreepte zinnen past.
Kies de bewering die bij de onderstreepte zinnen past.
Tekst 2
‘Nunchaku lukt je niet in een keer’
(1) De wortels van de nunchaku liggen op het Japanse platteland, maar dankzij Nederlanders werd het wapen onderdeel van een vechtsport. Tegenwoordig rijgt een Nederlandse familie de medailles aaneen. Marissa de Jong heeft in een maand tijd twee Europese titels veroverd. Dat lukt ook haar broer Ricardo. Ze leggen uit wat de sport precies inhoudt.
(2) ‘Zal ik hem er even bijpakken?’ vraag Ricardo. Hij loopt naar de kast in de woonkamer en komt terug met de nunchaku: twee geel-zwarte vechtstokken van schuimrubber die met een touw aan elkaar vastzitten. Vroeger werd het wapen gebruikt door Japanse boeren. Nu hoort het bij een sport die door Aziaten nauwelijks wordt beoefend. Vooral Russen, Belgen en Zwitsers zijn de concurrenten van de Nederlanders. (zin 1) In ons land doen ongeveer vijfhonderd mensen aan nunchaku. De vader en trainer van Marissa en Ricardo heeft meegedacht over de regels van de sport. Ook hij won op het afgelopen EK een gouden medaille. Marissa: ‘De eerste keer moet je echt uitzoeken hoe het werkt met de stokken. Het is een sport waarbij je moet doorzetten, want het lukt niet in een keer.’ (zin 2) Zij kan het weten. Samen met Ricardo behoort ze tot de internationale nunchaku-top bij de jeugd. Marissa won in totaal al zeven Nederlandse en Europese titels. Ricardo won er maar liefst zeventien, waarvan een wereldtitel. Die prijzen pakken ze in alle drie de wedstrijdonderdelen van de sport: freestyle, kata en sparren.
Bron: Jelger Woudstra (10 juli 2015), ‘Nunchaku lukt je niet in een keer’, 7Days, week 28/29.
Opdrachten bij tekst 2
1 point
1
Question 5
5.
Welke manier gebruikt de schrijver in de inleiding van deze tekst?
Welke manier gebruikt de schrijver in de inleiding van deze tekst?
1 point
1
Question 6
6.
Kies de bewering die bij de onderstreepte zinnen past.
Kies de bewering die bij de onderstreepte zinnen past.
Tekst 3
Waarom zijn er holle en bolle navels?
(1) Wat voor navel heb jij? Heb je je weleens afgevraagd waarom sommige mensen een navel hebben die uitpuilt en waarom anderen juist een kuiltje hebben?
(2) Het holletje of bobbeltje op je buik voorzag je ooit van voedsel en zorgde ervoor dat je in leven bleef. Je navel is een overblijfsel van de navelstreng die van de placenta of moederkoek naar de buik liep. De placenta is van levensbelang, omdat vanaf daar voeding naar de baby gaat via de navelstreng.
(3) Als de baby geboren is, wordt de navelstreng afgeklemd en doorgeknipt. Binnen 10 dagen na de geboorte van het kind verdroogt het resterende stompje van de streng en uiteindelijk valt het eraf. Wat overblijft als de wond is geheeld, is de navel.
(4) Hoe de navel eruitziet, hangt onder andere af van hoe dicht bij het lichaam de klem aangebracht werd en hoe snel het litteken is genezen. Verder hangt de vorm samen met de sterkte van het weefsel van de navel in verhouding tot die van de overige buikhuid. Daardoor kan hij uitpuilen, naar binnen trekken of plat worden.
(5) Als je buikhuid drastisch verandert, kan je navel ook van vorm veranderen. Dit kan bijvoorbeeld door veel aankomen of afvallen.
Geen auteur (2016), Waarom zijn er holle en bolle navels?, Wetenschap in
Opdrachten bij tekst 3
1 point
1
Question 7
7.
Noteer de kernzin van alinea 2. Noteer de eerste twee en de laatste twee woorden.
Noteer de kernzin van alinea 2. Noteer de eerste twee en de laatste twee woorden.
1 point
1
Question 8
8.
Welke manier heeft de schrijver gebruikt om de tekst af te sluiten?
Welke manier heeft de schrijver gebruikt om de tekst af te sluiten?
Tekst 4
Vuilnisman van de diepzee
(1) De vuilnisman van de diepzee kan jarenlang vreten of vasten. Dode dieren en organische deeltjes zinken naar de bodem, waar aaseters ze te grazen nemen. In de donkere diepzee groeien geen planten, waardoor aaseters het rijk alleen hebben. De gulzigste is de reuzenpissebed die zich aan het wisselende voedselaanbod heeft aangepast.
(2) Sommige aaseters zijn heel klein en eten organische deeltjes die naar beneden dwarrelen. De reuzenpissebed is echter van een andere orde, want de 60 centimeter lange neef van onze pissebed onder de stoeptegels is een uitstekende vuilnisman. Hij ruimt dode walvissen, zeehonden of grote vissen op die op de bodem belanden. De reuzenpissebed heeft trek voor twee en zolang er voldoende voedsel is, eet hij aan een stuk door.
(3) In gevangenschap doet hij het verrassend goed. Het dier gedijt prima in een aquarium met heel koud water en verse vis. In de barre diepzee is de voedselvoorziening veel minder stabiel, want er valt niet elke dag een dode walvis neer. Daarom heeft de reuzenpissebed zich zodanig ontwikkeld dat hij lange perioden zonder voedsel kan.
(4) In aquaria hebben sommige exemplaren het zelfs vier jaar zonder voedsel uit weten te houden, waarschijnlijk doordat ze in een soort sluimertoestand belandden.
Bron: Geen auteur (2015), Vuilnisman van de diepzee kan jarenlang vreten of vasten, Wetenschap in Beeld, nr. 5.
Opdracht bij tekst 4
1 point
1
Question 9
9.
Noteer de kernzin van alinea 2. Noteer de eerste twee en de laatste twee woorden.
Noteer de kernzin van alinea 2. Noteer de eerste twee en de laatste twee woorden.
Tekst 5
Poetsmier
Wie stofzuigt ’s nachts toch zo mooi de straten van New York? Poetsmieren! Samen met andere kleine beestjes zijn ze in staat jaarlijks zo’n zestigduizend hotdogs af te voeren. Wetenschappers ontdekten dat door zelf flink rommel te maken. Ze legden op allerlei hoeken van de straat etensresten neer en ontdekten dan dat 59% daarvan binnen een dag was opgeruimd. Door beestjes, want schoonmakers konden er niet bij: de rommel lag onder gaas. Bermmieren werken trouwens nog twee tot drie keer zo snel als hun luiere soortgenootjes in het park, zo bleek: waarschijnlijk omdat dat vaak zwarte zaadmieren zijn, een actievere mierensoort.
Bron: Wetenschap (12 december 2014), Poetsmier, 7Days.
Opdracht bij tekst 5
2 points
2
Question 10
10.
Is de onderstreepte zin een feit of een mening?
Is de onderstreepte zin een feit of een mening?