Proefwerk thema 2 basis
star
star
star
star
star
Last updated over 4 years ago
26 questions

2
Planten maken zuurstof
Planten maken zuurstof
2
De wortelharen zijn stevig en dik.
De wortelharen zijn stevig en dik.
2
Vaten zijn lange dunne buisjes in een stengel.
Vaten zijn lange dunne buisjes in een stengel.
2
Alle planten hebben water nodig.
Alle planten hebben water nodig.
2
Aan een volwassen plant groeien bloemen
Aan een volwassen plant groeien bloemen
2
Een functie van een stengel is het dragen van de bladeren, bloemen en vruchten.
Een functie van een stengel is het dragen van de bladeren, bloemen en vruchten.
2
Een plant kan groeien zonder wortels.
Een plant kan groeien zonder wortels.
2
Uit de bloemen van een plant ontstaan vruchten.
Uit de bloemen van een plant ontstaan vruchten.
2
Een radijs is een eetbare wortel.
Een radijs is een eetbare wortel.
2
Een plant heeft geen wortelharen nodig.
Een plant heeft geen wortelharen nodig.
2
De stengel van een plant heeft geen functie.
De stengel van een plant heeft geen functie.
2
Een zaad kiemt. Het stengeltje komt eerder dan het worteltje naar buiten.
Een zaad kiemt. Het stengeltje komt eerder dan het worteltje naar buiten.
2
De buisjes in de stengel heten bloedvaten.
De buisjes in de stengel heten bloedvaten.
3
De levenscyclus van een plant bestaat uit drie fasen.Welke fasen zijn dat?
De levenscyclus van een plant bestaat uit drie fasen.
Welke fasen zijn dat?
3
Welke 3 functies hebben wortels?
Welke 3 functies hebben wortels?

3
In welke fase van de levenscyclus zit de plant van deze vrucht?
In welke fase van de levenscyclus zit de plant van deze vrucht?
1
Wat is de functie van bladeren?
Wat is de functie van bladeren?
3
Je hebt een nieuwe kamerplant gekocht. Je kamerplant moet komen op een standplaats met halfschaduw. De plant mag je maar weinig water geven.Welke symbolen staan er op het plantenlabel?
Je hebt een nieuwe kamerplant gekocht. Je kamerplant moet komen op een standplaats met halfschaduw. De plant mag je maar weinig water geven.
Welke symbolen staan er op het plantenlabel?

3
Als je witlof eet, welk deel (of welke delen) van een plant eet je dan?
Als je witlof eet, welk deel (of welke delen) van een plant eet je dan?
3
Waarom mag je een plant niet zomaar uit de grond trekken als je deze gaat verpoten?
Waarom mag je een plant niet zomaar uit de grond trekken als je deze gaat verpoten?
3
Bij het uitgraven en verplaatsen van een plant heeft Thijs het wortelstelsel beschadigd. De buurman van Thijs vraagt zich af of de plant wel weer goed zal gaan groeien.Wat is waar?
Bij het uitgraven en verplaatsen van een plant heeft Thijs het wortelstelsel beschadigd. De buurman van Thijs vraagt zich af of de plant wel weer goed zal gaan groeien.
Wat is waar?

2
Wat hebben planten nodig om te groeien?
Wat hebben planten nodig om te groeien?
2
4
Sommige dieren eten nooit planten. Ze eten alleen vlees.Leg uit dat planten voor deze vleeseters toch belangrijk zijn.
Sommige dieren eten nooit planten. Ze eten alleen vlees.
Leg uit dat planten voor deze vleeseters toch belangrijk zijn.
4
Waarom hebben de plantjes meer ruimte nodig? Leg uit.
Waarom hebben de plantjes meer ruimte nodig? Leg uit.
4
De konijnen graven wortels op.Waarom doen konijnen dat?
De konijnen graven wortels op.
Waarom doen konijnen dat?
