Proefwerk thema 2 kader en opstroom

Last updated over 4 years ago
37 questions
2

Bladgroenkorrels komen in cellen van planten en dieren voor.

2

Bij bladstekken snijd je een blad met een stukje bladsteel af en zet het in potgrond.

2

In de fase van de kieming verschrompelen de zaadlobben.

2

Een blad met bladmoes noem je een bladskelet.

1

In een droge omgeving is het wortelstelsel van een plant uitgebreider dan in een vochtige omgeving.

1

Water zorgt voor de stevigheid van de stengels van een eik.

2

Wortels zetten een plant vast in de grond.

3

Welk nummer geeft de hoofdnerf aan?

3

Wat is de functie van bladeren van planten?

3

Op welke manieren zijn planten belangrijk voor mensen en andere organismen?

3

Wat is de functie van de reservestoffen in de wortels? Er zijn meerdere antwoorden goed.

3

Waar kunnen bloemen aan de stengel van deze plant zitten?

3

Welk onderdeel vind je niet in een cel van een hond, maar wel in een cel van een blad van een rozenplant?

3

Wat zouden de gevolgen voor mensen kunnen zijn als er geen planten meer zouden zijn?

3

Wat is de functie van een bladgroenkorrel?

3

Wat is de functie van de celkern?

2

Schrijf de drie goede namen in de juiste volgorde op. 1 t/m 3

2

Schrijf de goede namen in de juiste volgorde op 1 t/m 3

2

Schrijf de goede namen in de juiste volgorde op 1 t/m 5

4

Wat zal er gebeuren als een celmembraam van een dierlijke cel beschadigd raakt?

4

Beschrijf de standplaats en hoe je de plant moet verzorgen.

2

Waarvoor zal de roos de glucose gebruiken? Twee antwoorden zijn goed

2

Waardoor vindt fotosynthese alleen overdag plaats?

4

Leg uit waardoor de plant niet meer zal groeien als het wortelstelsel te zwaar beschadigd is.

4

Leg uit waar de grondstoffen voor fotosynthese vandaan komen en waar ze naartoe gaan.

2

Hoe heet onderdeel 1 (26a)en wat is de functie van onderdeel 1 (26b)?

2

Van welke onderdelen van een plant komt water uit de wortels via de stengels in de bladeren?

2

Waar of niet waar? Stelling 1 en stelling 2 (2 antwoorden )

2

Leg het verschil tussen de begrippen groei en ontwikkeling in maximaal drie zinnen uit.

2

Welk antwoord is juist. Klik de juiste letter aan.

3

Noteer de namen van de onderdelen van de stamper.

1

In welke volgorde verloopt de voortplanting bij planten?

3

Noteer drie verschillen tussen windbloemen en insectenbloemen.

2

Klik het juiste antwoord aan.

3

Noteer hieronder de formule van de fotosynthese.

4

Geef antwoord op op vraag a en vraag b. Vul hieronder jouw antwoord in.

3

Noteer de voedingstoffen hieronder,. Zet erbij om welke groente het gaat (1,2 of 3)