Klas 2: toepassingsvragen oefenen (pw lezen/ws H1/2)
star
star
star
star
star
Last updated about 3 years ago
10 questions
Lees de tekst ‘Best Friend Forever’ oriënterend.
2
Wat is het onderwerp van de tekst?
Wat is het onderwerp van de tekst?
1
Hoe maak je in de inleiding kennis met het onderwerp van de tekst?
Hoe maak je in de inleiding kennis met het onderwerp van de tekst?
2
Lees de tekst nu helemaal.Welk tussenkopje past het best boven alinea 2 en 3 samen?
Lees de tekst nu helemaal.
Welk tussenkopje past het best boven alinea 2 en 3 samen?
2
Het tussenkopje boven alinea 4 en 5 ‘Kunnen apen ook beste vrienden zijn?’ is niet goed gekozen door de schrijver. Welk tussenkopje past beter?
Het tussenkopje boven alinea 4 en 5 ‘Kunnen apen ook beste vrienden zijn?’ is niet goed gekozen door de schrijver. Welk tussenkopje past beter?
2
Lees alinea 4 opnieuw. Wat is volgens de schrijver belangrijk bij echte (mensen)vriendschap?
Lees alinea 4 opnieuw. Wat is volgens de schrijver belangrijk bij echte (mensen)vriendschap?
1
Citeer uit alinea 6 de zin die duidelijk maakt waarom dieren soms samenwerken.
Citeer uit alinea 6 de zin die duidelijk maakt waarom dieren soms samenwerken.
2
In alinea 7 lijkt de schrijver tot de conclusie te komen dat vriendschap bij mens en dier vooral te maken heeft met …
In alinea 7 lijkt de schrijver tot de conclusie te komen dat vriendschap bij mens en dier vooral te maken heeft met …
1
Wat doet de schrijver in het slot van de tekst?
Wat doet de schrijver in het slot van de tekst?
1
Wat is het belangrijkste doel van de schrijver met deze tekst?
Wat is het belangrijkste doel van de schrijver met deze tekst?
2
In welke zin van de tekst staat de beste informatie als je zelf de hoofdgedachte moet formuleren?
In welke zin van de tekst staat de beste informatie als je zelf de hoofdgedachte moet formuleren?